Dak Blauwe Regen rond

De blauw regen staat het liefst in de zon of half schaduw, op een humusrijke en vochthoudende grond. Wanneer de Wisteria een warme standplaats heeft kunt u optimaal genieten van deze prachtige dakboom. De Blauwe Regen kan twee keer per jaar worden gesnoeid. Snoei in de maand juni en/of tussen november en februari. Snoei niet tijdens de vorstperiode. De Blauwe regen kunt u het best twee keer per jaar wat mest geven om zo de dakboom van de juiste voeding te voorzien.

Wanneer u de Wisteria net heeft geplant en de grond erg droog is, geeft u de boom 1x flink water. Ook in zeer droge perioden is het goed om de Blauw regen regelmatig wat water te geven. Geeft de boom niet vaker dan 1 a 2x per week water.

1. Graaf een ruim plantgat waar het wortelgestel of kluit makkelijk in past. Indien er een harde laag in de grond zit is het beter deze te verwijderen zodat er geen water in het plantgat blijft staan. Zo voorkomt u dat de wortels van de Blauwe Regen gaan rotten.

2. Bij bomen met een kluit mag de ijzeren korf of jute zak nooit verwijderd worden. Wanneer u dit wel doet bestaat de kans dat de kluit uit elkaar valt en het wortelgestel beschadigd. Hierdoor vervalt tevens uw garantie. Een pot, emmer of plantzak (zwart), moet wel verwijderd worden voor aanplant.

3. Plant de boom op de juiste diepte. U kunt dit zien doordat de stam die in de grond heeft gestaan een andere kleur heeft dan er boven. Wanneer dit niet duidelijk is de boom net met de wortels onder de grond plaatsen.

4. Mocht de grond erg nat zijn dan is het verstandig om drainage aan te leggen. Als dit niet mogelijk is, dan kunt u het beste de boom iets hoger planten (terpje). De boom staat dan met de wortels voor de helft in het plantgat en voor de helft erboven.

5. Vul nu het gat aan met een halve zak aanplantgrond en de uitgegraven grond, het beste is om dit samen te mengen. Zorg dat alle wortels bedekt zijn. Stamp voorzichtig de grond rond de boom aan. Geef tevens de boom nu water, zodat de wortels zich vol kunnen zuigen.

6. Plaats vervolgens 2 boompalen naast de boom om scheefwaaien of afscheuren van de wortels te voorkomen. De palen 30 tot 40cm van de boom af zetten. Plaats de palen door middel van een grondboor voor minimaal 1/3 in de grond en sla deze nog is goed na met een grote hamer. Wanneer u ervoor kiest 1 boompaal te plaatsen, plaatst u deze dan aan de windkant.

7. Verbind nu de palen met de boom door middel van boomband en nagels.